Auteur(s): J. Vincke
Het eerste deel van deze studie beschrijft de frequentie van risicogedrag in een groep van Vlaamse homo-mannen (n=263). Begin 1988 bedroeg het percentage personen met risicogedrag 36% in onze onderzoeksgroep. Daarvan gebruikte slechts 1 op 3 (receptief anale seks) en 1 op 5 (insertieve anale seks) altijd condooms. Respondenten die receptieve anale contacten hebben zijn zeer frequente homo-barbezoekers in vergelijking met de rest van de onderzoeksgroep. Deze bevinding geldt niet voor hen die de insertieve variant toepassen. Een bijkomend belangrijk resultaat is dat homo-mannen met risicogedrag significant jonger zijn in vergelijking met de andere respondenten. Volgens onze data vormen jonge homo-mannen, die zeer frequent homo-bars aandoen, een belangrijke doelgroep voor preventiecampagnes. Het tweede deel van de studie analyseert de invloed van verschillende kenmerken van de seksuele carriereb (frequentie van homo-barbezoek, badhuizen, duur van der seksuele loopbaan, aantal partners ooit gehad) op het gebruik van meerdere seksuele technieken binenn een multivariaat kader. Een significante relatie komt naar voren. De opgesomde kenmerken van de seksuele carrière verklaren gedeeltelijk het gebruik van poppers.