Auteur(s): J. Rademakers
Nederland heeft het laagste aantal tienerzwangerschappen en -abortus in de Westerse wereld. Toch raken ook in ons land jaarlijks nog ca. 5.500 tienermeisjes zwanger. De helft tot drie-kwart van deze zwangerschappen zijn ongewenst. In dit artikel wordt ingegaan op de resultaten van een onderzoek naar de determinanten van (falend) anticonceptiegebruik bij Nederlandse tieners. Met name de betekenisgeving aan seksualiteit en anticonceptie, de aard en het contact met de partner, en de mate waarin men greep heeft op het verloop van het seksuele contact (de 'interactiecompetentie') blijken een verklaring te bieden voor het al dan niet effectief gebruiken van anticonceptie.