Auteur(s): J.A. Peersmann-Rijlaarsdam, N. Breederveld, H.B.M. van de Wiel, W.C.M. Weijmar Schultz, G.H. Koëter, E.C. Klip

De bestaande literatuur biedt bepaald geen volledig of genuanceerd overzicht van de gevolgen van CARA voor het seksuele leven. Van enig houvast voor gerichte hulpverlening is dan ook geen sprake, terwijl in de literatuur wel een behoefte aan hulp wordt gesignaleerd. In dit artikel worden de resultaten van een inventariserend retrospectief onderzoek (met behulp van een schriftelijke enquête) vermeld. De achterliggende vraagstelling hierbij was: 1. In hoeverre hebben patiënten met CARA last van seksuele stoornissen ten gevolge van hun ziekte? 2. Hoe is de verdeling van de seksuele problematiek, zowel qua aard als omvang, over de soort CARA (astma versus COPD)? 3. Hoe is de verdeling van de seksuele problematiek, zowel qua aard als omvang, over de sexen? In totaal ontvingen 441 patiënten de enquête en er werden 239 bruikbare vragenlijsten geretourneerd (respons=54%). Gezien de opzet van het onderzoek kunnen geen al te harde conclusies worden getrokken, maar het lijkt erop dat de ademhalingsklachten bij CARA tot een aanzienlijke verstoring van het seksueel functioneren kunnen leiden. Over het algemeen krijgen mannelijke COPD-patiënten het meest te maken met seksuele dysfuncties. Op vrijwel alle aspecten van het seksueel functioneren rapporteren mannen meer problemen dan vrouwen, en COPD-patiënten meer dan astma-patiënten.