Hulpverlening aan slachtoffers van seksueel geweld: omvang, aard en kwaliteit
Auteur(s): Mechtild Höing, Ine Vanwesenbeeck
Verslag van een onderzoek naar de omvang, aard en kwaliteit van de hulpverlening aan cliënten met seksueel geweldservaringen in Nederland anno 2002 in kaart. Gegevens zijn verzameld met behulp van schriftelijke vragenlijsten bij 219 instellingsmanagers, 194 hulpverleners en 135 cliënten. Daarnaast zijn gestructureerde face-to-face interviews gevoerd met nog eens 23 hulpverleners en 21 cliënten. Uit het onderzoek blijkt één op de vijf cliënten in de Geestelijke Gezondheidszorg het slachtoffer is geweest van seksueel misbruik in de jeugd, verkrachting of mishandeling in de partnerrelatie. Psychische klachten als gevolg van seksueel geweld kunnen zeer ernstig en hardnekkig zijn en blijken hulpverleners nog vaak voor problemen te stellen. De studie laat zien dat het om een zeer diverse hulpverleningspraktijk gaat, waarbij het vertrouwen in de behandelaar en diens deskundigheid, de erkenning voor de traumatische ervaringen en institutionele randvoorwaarden van cruciaal belang zijn voor een succesvolle behandeling. De kwantitatieve onderzoeksgegevens en een uitgebreide internationale literatuurstudie naar effectieve behandelingen sluiten aan bij discussies in het veld rondom vragen als 'wel of niet openleggen?' en 'wel of geen verdwenen herinneringen naar boven halen?' De bestaande zorgprogramma's voor slachtoffers van seksueel geweld worden kritisch onder de loep genomen.