Auteur(s): Jacques van Lankveld, Marcel van den Hout

Het idee dat aandacht een rol speelt bij het ontstaan en instand houden van genitale seksuele opwinding, met name bij de man, dateert al van de eerste experimentele onderzoekingen door de Amerikaanse seksonderzoekers William Masters en Virginia Johnson (1966, 1970). Recente seksuele disfunctiemodellen verwijzen eveneens naar een centrale rol van afleiding bij opwindingsstoornissen. Aandacht is een meerdimensionaal begrip, waaraan verschillende aspecten kunnen worden onderscheiden, waaronder aandachtscapaciteit en beperkingen daarvan, aandachtslocus en selectieve aandacht of aandachtsbias. De auteurs geven een overzicht van de uitkomsten van een aantal experimentele onderzoekingen en plaatsen deze in de experimentele literatuur. De effecten op genitale opwinding werden onderzocht van manipulaties van de aandachtscapaciteit, van de locatie van het focus van de aandacht, en van verschillende typen van concurrerende aandachtstaken. De auteurs beschouwen eveneens de verschillen tussen individuen met en zonder seksuele disfunctie met betrekking tot de relatie tussen aandacht en opwinding. Op basis van deze experimentele gegevens stellen de auteurs een verdere detaillering voor van het aandachtsaspect van het cognitieve model van seksuele disfunctie. Het subjectieve c.q. belevingsaspect van seksuele opwinding wordt in dit artikel niet behandeld.